Lees ook: wondbehandeling bij honden
Als huisdierenbezitter maak je het wel eens mee: je kat heeft ergens in getrapt en bij elke voetstap die hij zet, laat hij een bloederige voetafdruk achter.
In dit artikel bespreken we hoe je moet omgaan met verwondingen en wonden bij je kat, wat je zelf kunt doen en wanneer je direct naar de dierenarts moet.
We zullen ook verschillende behandelingsmogelijkheden bespreken..
Wonden bij je kat
Een wond is een verbreking in de natuurlijke samenhang van weefsel. Met weefsel bedoelen we voornamelijk huid en onderhuid.
Tijdens de wondgenezing probeert het lichaam zo snel mogelijk die samenhang weer te herstellen, al dan niet met behulp van aanvullende behandelingen.
De meeste wondjes en wonden die je huisdier oploopt, genezen zonder dat er een dierenarts aan te pas hoeft te komen.
Oppervlakkige of schaafwonden zijn hier voorbeelden van. Het lichaam heeft een groot regeneratievermogen en kan deze wonden vaak zonder littekens laten genezen, zelfs bij verkeerde behandelingen. Maar ook goed behandelbare wonden kunnen geïnfecteerd raken en verder beschadigen door slechte behandeling.
Littekens bij je kat
Ernstige en uitgebreide (diepe) wonden, waarbij ook weefselverlies optreedt, genezen nooit zonder littekenvorming. Hierbij vult het lichaam het weefseldefect op met granulatieweefsel.
Deze uitgebreide wonden moeten altijd volgens vaste principes worden behandeld om een snelle genezing te bevorderen, met een goed cosmetisch resultaat en zo min mogelijk verlies van huid of ander weefsel. Besef dat genezing van uitgebreide wonden soms lang kan duren en veel inspanning kan vergen van zowel jou als de dierenarts!
Vaak zijn er ook beperkingen voor de kat zelf, zoals het dragen van een kraag of verband.
Wondgenezing bij je kat
Hoe geneest een wond in het lichaam? De beschadiging wordt eerst gevolgd door een opruimreactie van beschadigde cellen.
De bloedvoorziening wordt vergroot, er worden meer ontstekings- en opruimcellen aangevoerd, en er ontstaat een fibrinenetwerk (roodheid en zwelling).
Dit verstevigt de wond en probeert infectie buiten de deur te houden. Er vindt ook afvoer van afvalstoffen plaats.
De wond ziet er uitwendig vochtig uit. Bij grote wonden begint daarna de vorming van vulweefsel (granulatiefase). Vanuit de wondranden vindt huidvorming plaats. Het tijdelijke fibrinenetwerk wordt vervangen door een permanente bindweefselstructuur.
Binnenin kunnen bloedvaten vormen en uiteindelijk vindt er een verkleining plaats door samentrekking (littekenretractie). Dit hele proces kan vele maanden duren.
In geval van infectie kun je vooral pusachtige afscheiding zien, en bij totale huidnecrose vormt zich een zwarte korst over de wond. De geur hierbij is onaangenaam.
Over het algemeen geldt: hoe beter de doorbloeding van het weefsel, des te sneller de wondgenezing en des te kleiner de kans op infectie.
Alle factoren die nodig zijn voor wondgenezing worden via het bloed aangevoerd. Daarom kunnen uitwendige behandelingen die een goede doorbloeding belemmeren funest zijn voor de genezing, zoals strakke verbanden die te lang worden gedragen.
Maar ook beschadiging van de eigen bloedvaten, zoals bij een verwonding aan de staartpunt, staat een goede genezing in de weg; hier zien we vaak zeer slecht helende wonden.
Verwondingen op plaatsen waar mechanische druk de doorbloeding belemmert, zoals bijvoorbeeld op de punt van de elleboog tijdens het liggen, zijn ook berucht vanwege hun slechte genezing.
Diagnose van het type wond bij je kat
Voor een eventuele behandeling is een grondige inspectie van de wond belangrijk. Let op:
- De plaats van de wond: dit is belangrijk vanwege de doorbloeding, het type weefsel, de mogelijkheid om de huid te sluiten zonder te veel spanning te creëren, en of de kat er zelf bij kan en het zelf zou kunnen beschadigen.
- De uitgebreidheid van de wond, zowel in diepte als oppervlakte: dit is belangrijk vanwege de mogelijkheid van sluiting en doorbloeding. Bij een oppervlakkige schaafwond hoeft meestal niets te worden gedaan, behalve schoonmaken.
- De leeftijd van de wond: dit bepaalt in hoge mate of de wond besmet is en dus het type wondbehandeling.
- De vervuiling van de wond: door zand, gras, vuil van de straat, maar ook door bepaalde stoffen of middelen die soms verkeerd worden gebruikt ter bevordering van de genezing.
- De specifieke oorzaak van de wond: een diepe bijtwond veroorzaakt vaak een enorme verscheuring en beschadiging van omliggende weefsels, waardoor de genezing wordt bemoeilijkt.
- Andere factoren van de patiënt: zijn er andere onderliggende ziekten die de wondgenezing kunnen beïnvloeden, zoals chronische nierziekte of diabetes?
Behandeling van de wond
Bij een eenvoudige oppervlakkige wond kun je volstaan met het reinigen van de wond. Dit kun je het beste doen met een fysiologische zoutoplossing of gewoon water, bijvoorbeeld door af te spoelen.
Andere producten, zoals ontsmettingsmiddelen en zalven, hebben over het algemeen geen toegevoegde waarde en kunnen soms zelfs schadelijk zijn.
Een verband is alleen nodig als er kans is op verdere verontreiniging van buitenaf of als de kat zichzelf kan beschadigen. Een eenvoudig elastisch verband is dan voldoende.
Bij een diepere wond, die niet ouder is dan zes tot acht uur, er schoon uitziet, nog niet geïnfecteerd is en niet vervuild is met allerlei zaken, en niet het gevolg is van een bijtincident, kun je de wond direct na reiniging sluiten.
Dit wordt primaire wondsluiting genoemd. Je moet altijd naar de dierenarts gaan voor behandeling. Direct na het ontstaan van de wond kun je de wond tijdelijk beschermen door een verband aan te leggen om verdere verontreiniging en bloeding te voorkomen.
Na de behandeling kun je, afhankelijk van de plaats en uitgebreidheid van de wond, kiezen voor een beschermend en ondersteunend verband dat minstens om de drie dagen moet worden vervangen. Is er sprake van een diepere wond die ouder is dan zes tot acht uur, of met veel weefselverlies, of geïnfecteerd, dan kun je de wond niet direct sluiten.
De wond zou zeker weer opengaan na verloop van tijd, met alle extra weefselverlies van dien. Ook hierbij moet je altijd naar de dierenarts.
Behandeling van de wond bij de dierenarts
Eerst worden de bacteriën in de wond gekweekt door middel van een uitstrijkje.
Daarna wordt de wond schoongemaakt: het gebied rondom de wond wordt geschoren terwijl de wond wordt beschermd met een gel. De wond wordt grondig gespoeld met elektrolytoplossing of fysiologische zoutoplossing. Hierbij worden losse niet-vitale stukken weefsel en eventuele vreemde voorwerpen (zand, gras, etc.) verwijderd.
Bij een geïnfecteerde wond kan een lage concentratie van bijvoorkeur chloorhexidine worden gebruikt in het spoelmiddel.
De beste wondgenezing ontstaat in een gecontroleerd vochtig milieu: dit stimuleert de opruimreactie, granulatie en huidgroei, en vermindert pijn en jeuk.
Men zegt dat vochtige wonden twee keer zo snel genezen als wonden die aan de lucht drogen.
Ook is wondafvoer belangrijk: dit stimuleert de afvoer van afvalstoffen en vermindert dode ruimtes waarin infectie kan ontstaan.
Je kunt aan beide eisen voldoen door een drielaags verband aan te leggen, waarbij de binnenste laag zorgt voor vochtbehoud, de middelste laag voor de absorptie van afvalstoffen en vocht, en de buitenste laag voor steun en bescherming tegen verontreiniging van buitenaf.
Het vermijden van te veel beweging in de wond is ook erg belangrijk voor een optimale wondgenezing.
Hoe vaak je het verband moet vervangen, hangt af van de hoeveelheid afvalvocht en de noodzaak om een vochtig milieu te behouden. In de praktijk varieert dit tussen meerdere keren per dag (wat betekent dat de kat in de kliniek moet worden opgenomen) en eens in de vijf dagen. Het verband moet schoon blijven en goed zitten.
Vooral dit laatste bepaalt of de kat er zelf goed vanaf blijft. Verbanden die te strak zitten of irriteren, stimuleren de kat om eraan te likken en zichzelf verder te beschadigen.
Bij infectie kan antibiotica worden gegeven op basis van de kweek die is gedaan. Ook pijnstillers zijn geïndiceerd in het begin. Als de wond op deze manier goed geneest, de infectie verdwijnt en het weefsel gezond is, kan de wond na één tot drie dagen worden gesloten. Dit wordt vertraagde primaire sluiting genoemd. De granulatiefase is dan nog niet begonnen. Als sluiting tijdens of na deze granulatiefase plaatsvindt, wordt dit secundaire sluiting genoemd.
Verzorging van de wond
Inspecteer de wond altijd zorgvuldig nadat deze is ontstaan bij je kat en handel volgens bovenstaande richtlijnen. Als je de wond pas na verloop van tijd ontdekt en het is meer dan een oppervlakkige schaafwond, ga dan naar je dierenarts en laat hem of haar bepalen wat de beste behandeling is.
Vermijd allerlei obscure zalven, crèmes en stoffen waarvan de werking niet bewezen is. Als er tegelijkertijd nog andere problemen zijn (gebroken been, gescheurde pezen, shock, etc.), zal je dierenarts hier ook rekening mee houden en de behandeling hierop afstemmen.
Zorg ervoor dat je huisdier de wond niet verder beschadigt; het schoonlikken kan al snel leiden tot beschadiging van de wond, dus dat moet worden vermeden. Een kraag of verband kan hierbij helpen.
Een goed verband zorgt verder voor een schone wondomgeving, bevordert de wondgenezing, vermindert zwelling en bloeding, immobiliseert het wondgebied en vermindert littekenvorming.